Heute wird wohl kein Schiff mehr gehen
und keiner geht vor die Tür.
Alle sind heute verschüchtert,
nur ich bin es nicht, und das liegt an dir.
Am Fenster fliegt eine Kuh vorbei,
da kommt jede Hilfe zu spät.
Ein Glas auf die Kuh und eins auf die See.
Ich liebe die See und sie liebt mich auch,
hörst du, wie sie nach mir brüllt?
Ich hätte sie niemals verlassen sollen,
das ist, was sie mir klar machen will.
Wenn hinter uns nicht der Deich wär,
käm jede Hilfe zu spät.
Ein Glas auf den Deich und eins auf die See.
Hier wurd ich an Land gespült,
hier setz ich mich fest.
Von dir weht mich kein Sturm mehr fort,
bei dir werd ich bleiben, so lang du mich lässt.
Deine Hand kommt in meine,
und jede Hilfe zu spät.
Ein Glas auf uns und eins auf die See.
Ein Glas auf uns und eins auf die See
Vandaag zal er geen schip voorbijkomen
en niemand staat er voor de deur
Allen zijn geïntimideerd,
alleen ik ben het niet, en dat ligt aan jou.
Bij het raam vliegt een koe voorbij
Dan komt alle hulp te laat.
Een glas op de koe, en een op de zee.
Ik hou van de zee, en hij houdt ook van mij,
hoor, hoe hij naar mij brult!
Ik had 'm nooit moeten verlaten,
en dat is wat ik mij duidelijk maken wil.
Als achter ons de dijk niet zou zijn geweest,
zou alle hulp te laat komen!
Een glas op de dijk, en een op de zee.
Hier werd ik aan land gespoeld.
Hier zet ik mij vast
Van hier zal geen storm mij meer omwaaien.
Bij jou zal ik blijven, zolang je me (toe)laat.
Jouw hand komt in de mijne,
en alle hulp te laat!
Een glas op ons, en een op de zee!
Een glas op ons, en een op de zee!